Van strijkstok naar penseel

“Toen ik klein was, had leren niet mijn interesse. Ik was altijd aan het tekenen en musiceren.” Je kunt je er van alles bij voorstellen als je de Driebergse kunstenares Iris Duchateau tegen het lijf loopt. Een energieke persoonlijkheid en opvallende verschijning. Levendig, enthousiast en een tikkeltje excentriek. Niet in de laatste plaats vanwege haar opvallende gebloemde puntlaarzen.

Ik wil viool!
Iris stamt uit een muzikale en artistieke familie. Pa en ma zijn muzikaal, broer is jazzgitarist en zuslief een professioneel pianiste. “Ik kom uit een gezin met allemaal musici. Er stond altijd klassieke muziek op. Bandrepetities vonden bij ons thuis plaats. We woonden in het bos, dus alles kon qua lawaai.” Iris is rond de 7 jaar als er violisten over de vloer komen en ze haar eerste liefde ontdekt. “Ik zei tegen mijn ouders: ‘Dat instrument wil ik ook, ik wil viool!’ En toen kreeg ik mijn viool.” Als kind zit Iris al meer te tekenen dan viool te spelen. Toch treedt ze in de voetsporen van haar broer en zus en gaat naar het Conservatorium. Ze speelt in een strijkkwartet, geeft veel les en treedt regelmatig op met haar zus. “Het was een ongelofelijke leuke tijd. Ik tekende en schilderde erbij, maar heb nooit gedacht: ik ga die kant op.”

Groot schilderij
Jarenlang geeft Iris les op verschillende muziekscholen en heeft ze een eigen vioollespraktijk. Op een dag maakt ze een heel groot schilderij voor de woonkamer. Kennissen zijn zo enthousiast, dat ze het schilderij graag willen kopen. “Ik dacht: Ja maar, wacht even. Ik heb het voor mijn eigen woonkamer gemaakt. Daar ben ik helemaal niet mee bezig.” Ook mensen uit de straat, die een eigen interieurzaak hebben, zijn weg van het schilderij. Ze vragen aan Iris of ze voor hun winkel werk wil maken. “En toen dacht ik: als ik het wil, dan moet ik het ook goed doen.” Iris geeft zich op bij een Masterclass van Sam Drukker, een hele bekende schilder, en ontdekt daar het échte schilderen dat uiteindelijk haar grote liefde blijkt te zijn.

Het verhaal achter het portret
De overgang van muziek naar schilderen vindt op een natuurlijke wijze plaats. Iris haalt meer voldoening uit het schilderen dan de muziek en geleidelijk aan neemt de penseel het over van de strijkstok. Steeds meer galerieën vragen of Iris wil exposeren met haar landschapschilderijen. Daarnaast schildert ze veel portretten in opdracht. “Ik wil nooit zomaar een foto schilderen. Voor een fotorealistisch portret moet je niet bij mij zijn. Dat vind ik niet interessant. Ik wil het verhaal horen en met een portret een verhaal vertellen. Mensen komen daarom altijd eerst op gesprek. Dan weet ik wat meer van iemand. Zo was er een moeder die laatst in huilen uitbarstte toen ze, als verrassing, drie portretten van haar jongvolwassen kinderen kreeg. Ze had met één kind heel veel zorgen gehad en zei: ‘Ik zie het gewoon in het schilderij.’ Dat is wat ik wil laten zien.”

“Ik wil met een portret een verhaal vertellen.”

strijkstok

Flow
Iris schildert vrij impressionistisch en zoekt altijd naar iets wat haar raakt. “Ik kan alleen maar landschappen schilderen waar ik iets mee heb. Het moet mijn eigen plek, mijn eigen portret worden. Ik ben altijd op zoek naar iets wat mij daarin intrigeert, wat mij triggert. Je moet het voelen. Je moet ook vooral luisteren. Echt achter een verhaal komen. Daar ben ik telkens naar op zoek in m’n werk. Dat deed ik als violiste niet anders. Ik schilder ook altijd met muziek. Van alles en nog wat. Dat kan Ramses Shaffy zijn, een klassiek concert van Brahms. Of Stevie Wonder. Net hoe mijn stemming is. En afhankelijk van het schilderij. Soms zet ik de muziek zo hard aan dat ik het bijna niet verdraag, dan kom ik in een bepaalde flow.”

Eigenheid
Op diverse plekken Nederland exposeert Iris met haar schilderijen. “Ik werk altijd in ‘vlekken’. Het is niet egaal. Het is meer een karakter dat ik wil laten zien. Kijk, dit meisje heeft gewoon blauw in haar gezicht. Dat kan natuurlijk helemaal niet. Maar voor mijn gevoel was het blauw bij haar. Het is net als bij natuurschilderijen. Het gaat om een impressie, mijn verhaal van die plek. Het is heel fijn als dat gewaardeerd wordt. Mijn eigenheid is mijn kracht in m’n schilderijen. Ik hoop heel erg dat mensen dat herkennen. Dat ze zien: Hé, daar hangt een ‘Duchateau’. En dat gebeurt. Gisteren kreeg ik een mooi mailtje van iemand: ‘Je zoekt het licht. Het gaat voorbij het landschap. Het gaat voorbij het portret’.”

“Hé, daar hangt een ‘Duchateau’!”

De kracht van de streek
Iris blijft dus trouw aan haar eigen signatuur. ‘Duchateaux’ worden gekenmerkt door licht, kleur en krachtige streken. “Je vindt mijn werk mooi of niet mooi. Ik schilder vaak over dingen heen, omdat je dan een bepaalde ondergrond hebt. Al hoewel ik niet zo van de klodders ben. Je ziet wel mijn streken heel erg. Je ziet waar de streek gezet is. En daar blijft ie staan, de vlek blijft. Sommigen verwerken bijvoorbeeld zand in hun schilderij. Daar ben ik helemáál niet van. Het zit veel meer in het gebaar. Zeg maar ‘de kracht van de streek’. En ik denk dat ik dat als violiste hetzelfde had. Ook expressief in mijn spel. Stevig op de viool. Ik wil daarnaast graag iets kwetsbaars laten zien. Dat is het mooie van schilderen. En dat zit ook in muziek. Het staat niet zover van elkaar vandaan.”

Van Gogh is de naam
De betovergrootmoeder van Iris heet Van Gogh. Familie van? Iris blijft er nuchter onder. “Het is nooit bewezen dat het om familie gaat. Als het zo is dan is het ‘achter-achter-achter’. Ik heb er sterk mijn twijfels over.” Hoe dan ook, Iris is geboren voor het kunstenaarsvak. “Ik zou niets anders kunnen. Ik moet iets creatiefs doen, anders kan ik niet leven. Ik moet mezelf en mijn gevoel uiten. Ik kan mijn leven niet los zien van het tekenen en schilderen. Die drang is heel groot. Het zat er altijd in en het is er pas heel laat uitgekomen. Eigenlijk ben ik niet heel erg veranderd. Ik heb niet een hele switch gemaakt. Mensen uit de muziekwereld ervaren dat misschien zo. Maar mijn familie helemaal niet. En zo voelt het voor mij ook niet.” #watisjouwverhaal

Meer info: www.irisduchateau.nl